Lagen creëren
Wanneer je een nieuwe tekening creëert, wordt hierin automatisch een lege ontwerplaag gecreëerd met de naam “Ontwerplaag-1”. Om je tekening te organiseren, kan je zelf nog extra ontwerplagen toevoegen. Voeg eventueel ook presentatielagen toe om je tekening te presenteren. Creëer nieuwe ontwerp- en presentatielagen, dupliceer bestaande lagen of importeer lagen (en eventueel de objecten die ze bevatten) uit andere bestanden; dit kunnen eigengemaakte bestanden zijn of standaardbestanden. Als je over een Vectorworks-uitbreidingsmodule beschikt, kan je een zichtvenster op een ontwerplaag creëren om lagen uit andere bestanden te abonneren zonder ze importeren.
Om een nieuwe laag te creëren:
Doe als volgt:
Om een nieuwe laag te creëren:
Op het tabblad ontwerplaag of een presentatielaag van het Organisatievenster (Gereedschappen > Organisatie, of Toon dialoogvenster ‘Organisatie’ van de lijst Laag-instellingen op de weergavebalk) klik op de knop Nieuw, of selecteer Nieuw vanuit het contextmenu.
Klik op laaginstellingen op de weergavebalk, en selecteer vervolgens Nieuwe ontwerplaag of Nieuwe presentatielaag.
Klik Actieve laag op de weergavebalk, en selecteer vervolgens Nieuwe ontwerplaag of Nieuwe presentatielaag.
Selecteer op het tabblad Object van het Infopalet de optie Nieuwe ontwerplaag van het veld laag.
Op het tabblad ontwerplaag of een presentatielaag van het Navigatiepalet (Vectorworks Design Suite product vereist), selecteer Nieuw in het contextmenu of Paletmenu.
Om een nieuwe laag te maken van een bestaande laag:
Selecteer op het tabblad Ontwerplaag of presentatielaag van het dialoogvenster Organisatie de laag die je wilt dupliceren en klik vervolgens op de knop Dupliceer of selecteer Dupliceer in het contextmenu.
Op het tabblad ontwerplaag of presentatielaag van het Navigatiepalet (Vectorworks Design Suite product vereist), selecteer de laag om te dupliceren en selecteer vervolgens Dupliceer in het contextmenu of Paletmenu.
Klik Laag-instellingen op de weergavebalk, en selecteer vervolgens Dupliceer actieve laag.
Het dialoogvenster Nieuwe ontwerplaag of Nieuwe presentatielaag wordt niet geopend bij het dupliceren van een ontwerplaag of presentatielaag. De nieuwe laag heeft dezelfde instellingen als de gedupliceerde laag; om de instellingen te bewerken, zie Eigenschappen van ontwerplagen bewerken en Eigenschappen van presentatielagen.
Gebruik de parameters in het dialoogvenster ‘Nieuwe ontwerplaag’ of ‘Nieuwe presentatielaag’ om een nieuwe laag te creëren of een laag en haar eigenschappen te importeren uit een standaard of bestaande Vectorworksbestanden.
Click to show/hide the parameters.Click to show/hide the parameters.
Veld |
Omschrijving |
Creëer (een nieuwe ontwerp- of presentatielaag) |
Selecteer deze instelling om een nieuwe ontwerp- of presentatielaag te creëren. Geef voor een ontwerplaag ook een Naam op. Geef voor een presentatielaag een unieke waarde in voor Nummer presentatielaag of gebruik de standaardwaarde (bijvoorbeeld “Presentatielaag-2”). Het nummer van de presentatielaag kan worden weergegeven bij referentieaanduidingen, pijlpunten en bladkaders. Geef ook een beschrijvende titel op bij Titel presentatielaag, om eventueel te gebruiken in bladkaders. |
Importeer (een nieuwe ontwerp- of presentatielaag) |
Selecteer deze instelling om lagen en hun eigenschappen uit standaardbestanden of bestaande bestanden te importeren. De lijst die je kan uitklappen, bevat alle bestanden in de map Standaarden, alsook alle voordien geselecteerde bestaande bestanden. Selecteer een bestand; de beschikbare lagen en omschrijvingen staan in de lijst onder de naam van het bestand. Als een laag in het geselecteerde importbestand dezelfde naam heeft als een van de lagen in het huidige bestand, verschijnt die laag niet als een importoptie in de lijst. Selecteer de gewenste laag. Om meerdere lagen in de lijst te selecteren, houd je de Ctrl-toets (Windows) of de Command-toets (Mac) ingedrukt terwijl je de gewenste lagen aanklikt. |
Bladeren |
Klik op deze knop om het sjabloonbestand te selecteren waaruit je lagen wilt importeren. De bestanden moeten in de huidige versie staan. |
Importeer objecten op laag (alleen voor ontwerplagen) |
Naast de organisatie van ontwerplagen en hun eigenschappen, kan je ook de inhoud van de lagen importeren. Dit is een mogelijke manier om de gegevens van een beschadigd bestand te recupereren. Als er zich een naamconflict voordoet met reeds bestaande symbolen of lagen in het huidige document, vervangt of hernoem je de symbolen of hernoem je de lagen. |
Opties voor creatie |
|
Zichtbaarheid bij al bewaarde tekenzones (alleen voor ontwerplagen) |
Selecteer de zichtbaarheid van de nieuwe ontwerplagen voor de al bewaarde tekenzones (indien aanwezig in de tekening). |
Zichtbaarheid bij al bewaarde zichtvensters (alleen voor ontwerplagen) |
Selecteer de zichtbaarheid van de nieuwe ontwerplagen voor de bestaande zichtvensters (indien aanwezig in de tekening). |
Bewerk na creatie |
Vink deze optie aan om onmiddellijk na het creëren van de laag het dialoogvenster ‘Bewerk ontwerplagen’ of ‘Bewerk presentatielagen’ te openen en de instellingen aan te passen.; zie Eigenschappen van ontwerplagen bewerken of Eigenschappen van presentatielagen |
De gecreëerde lagen bevinden zich in de lijst met lagen in het dialoogvenster ‘Organisatie’, de Weergavebalk, het Infopalet en (voor Vectorworks-uitbreidingsmodule) het Navigatiepalet. Een nieuwe laag wordt automatisch als de actieve laag ingesteld.
Niet gevonden wat je zocht? Vraag het aan onze virtuele assistent Dex.